Wat is Parijs zonder eiffeltoren?
De Eiffeltoren is natuurlijk het monument van Parijs. De lichtstad heeft meer monumenten, maar de Eiffeltoren is uniek. Ruim 300 meter torent ze boven de stad uit, al sinds 1889. De eerste keer dat ik Parijs bezocht, stond de Eiffeltoren dan ook als eerste op mijn lijstje. Dat wereldwonder met dat unieke panorama, dat moest en zou bezichtigd worden.
Alleen al het gewicht van de 324 meter hoge toren toren maakt duidelijk dat dit een bijzonder monument is: ruim tien miljoen kilo, waarvan 70 procent staal. Elke zeven jaar is er 60.000 kilo verf nodig om het gevaarte te schilderen. Loop onder de toren door om die getallen op je in te laten werken. Daar moet je trouwens toch zijn als je naar boven wilt, want daar zijn de ingangen.
De wachtrijen voor de kassa's zijn bedrieglijk kort. De kassa's kunnen veel meer mensen verwerken dan er capaciteit is voor de liften, die de bezoekers naar de tweede verdieping moeten brengen. Wie naar de top wil, moet daar overstappen. Dat betekent dat de inhoud van de grote liften samengeperst moet worden in vier veel kleinere liftjes, met lange rijen wachtenden als gevolg. Over wachtrijen gesproken, wie een vorkje mee wil prikken in de restaurants op de eerste verdieping (95 meter) of de tweede verdieping (125 meter hoog), dient maanden van te voren te reserveren.
Verbazingwekkend is dat alles natuurlijk niet. Gustave Eiffel mag dan een bijzondere toren ontworpen hebben voor een wereldtentoonstelling, in zijn stoutste dromen kon hij zich niets voorstellen bij de zes miljoen bezoekers per jaar van vandaag de dag.
Iets om rekening mee te houden: als het beneden koud is, is het boven op de toren heel koud. Natuurlijk, kun je daar binnen blijven en door de ramen naar buiten gluren. Maar als je van daaruit niet één trappetje om hoog klimt, ben je niet echt boven geweest. Daar voel je Parijse wind om je oren gieren. Boven de ramen van de verdieping daaronder geven vlaggetjes aan in welke richting je bijvoorbeeld Mexico, Thailand en Australië moet zoeken. Jammer genoeg staat er niet bij waar je de Mont-Blanc kunt vinden, al zou het zelfs daarvoor wel heel erg helder weer moeten zijn.
Natuurlijk gaan fototoestel en videocamera mee naar boven. Het panorama vraagt er gewoon om. Opnames vanaf de Eiffeltoren hebben alleen één nadeel: de Eiffeltoren zelf staat er over het algemeen niet op. En wat is nu Parijs zonder Eiffeltoren?
Daarom is het zaak andere plekken te zoeken, die uitzicht bieden op de toren. Mede dankzij het feit dat Parijs op heuvels gebouwd is, is dat niet zo moeilijk. Allereerst is daar natuurlijk het terras van de Sacre Coeur in Montmartre. Honderd meter verderop, vanaf de trap tussen Place du Tertre en Rue Gabrielle is het uitzicht nog iets completer.
Mooie uitzichtspunten zijn ook de daken van de warenhuizen Lafayette en Samaritaine. Beide warenhuizen zijn trouwens van binnen zo mooi en oud, dat ze alleen daarom al een bezoek waard zijn. Bijna voor de deur van Samaritaine is de toren ook te fotograferen vanaf de Pont Neuf. De Eiffeltoren met de Seine op de voorgrond, Parijser kan het bijna niet.
Ook vanaf de Arc de Triomphe is de Eiffeltoren goed te zien. Wie er zeven euro (prijs februari 2004) voor over heeft en 50 meter wil klimmen, ziet het allemaal net een stukje mooier. Echt nodig is dat niet, want de Arc staat al op een heuveltopje. Van daaraf is er trouwens ook een prima uitzicht op zijn 'kleine' zusje, de Grand Arche in La Défense.
Er zijn natuurlijk veel meer punten van waaraf de Eiffeltoren te zien is, maar één punt mag in dit overzicht niet ontbreken: de Montparnasse Toren. Superlelijk volgens velen, of in het gunstigste geval mooi van lelijkheid, maar met zijn hoogte van 209 meter biedt hij bijna net zo'n panorama als de schepping van Eiffel zelf (entreeprijs in februari 2004 8,20 euro).
De Eiffeltoren is overigens bepaald niet het enige bouwwerk dat Gustave Eiffel ons nagelaten heeft. Zo dankt Frankrijk honderden spoorbruggen aan hem. Hoe groot de hekel van de Corsicanen aan de Fransen van het vasteland ook mag zijn, ze zijn nog altijd dolblij met de spoorbrug van de in Dijon geboren Eiffel, die het eindelijk mogelijk maakte het eiland ook in de winter dwars over te steken. De spectaculairste brug is wellicht de Viaduc de Garabit, die met 500 meter lengte op 122 meter hoogte over een dal voert. Merkwaardiger nog is het aquaduct (pont-canal) van Briare, dat maakt dat de binnenvaart op vijftien meter hoogte de Loire kruist.
Overigens beperkte Eiffel zich niet tot grote constructies. Hij tekende ook voor de ontwerpen van glas-in-lood-ramen, onder meer voor de stations van Toulouse en Agen. Verder ontwierp hij het stalen geraamte van het Vrijheidsbeeld.
Gustave Eiffel ligt begraven in een familiegraf op de begraafplaats van Levallois-Perret in Parijs. Voor de graftombe ligt een gedenksteen voor hem, met behalve zijn naam uiteraard een afbeelding van de Eiffeltoren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten